Pompoen

 

De oorsprong van de pompoen ligt in Mexico en het noordelijk deel van Zuid-Amerika. Er zijn aanwijzingen dat de pompoen er al 7000 jaar voor Christus geteeld werd. Pompoenen zijn nog steeds belangrijk voor de familielandbouw van Zuid- en Midden-Amerika. Vaak worden ze tussen andere gewassen geteeld. Niet alleen de vruchten, maar ook de bloemen, jonge stengeltoppen en zaden worden gegeten. De pompoen behoort tot de komkommerachtige, evenals de augurk, komkommer, courgette en meloen. Ze zijn vrij gemakkelijk te kweken, ook in de vollegrond.

 

Rassen

De meest bekende pompoen is die van het type: groot, oranje en geribbeld. Er zijn echter nog veel meer soorten. Hieronder wat voorbeelden, op basis van omvang en kleur van de vruchten:

 

Tot 20 centimeter doorsnee:

  • Oranje: Ambercup, Baby Bear, spooktacular, Little Lantern, Baby Pam, Baby Orange, Batwing, Buckskin, Fairy Tale
  • Wit: Baby Boo, Plat Wit Boer Mini, Snow Delight
  • Groen: Baby Delica, Bizen Chirimen, Black forest, Mini Blue Hubbard, Blue Majic, Blue Hungarian, Blue Kuri, Buttercup, Cha-Cha, Chestnut, Early Price
  • Bontgekleurd: Festival, Celebration, Cushaw White, Turkse Mutsen 

 

20 tot 40 centimeter doorsnee:

  • Oranje: Magdalena Big Cheese, Connecticut Field, Howden, Gele Centenaar, Mammouth, Ghost Rider
  • Groen: Buen Gusto, Citrobouille de touraine, comet, Heracles, Lady godiva, Crown Prince, Calabasa de las Aguas, Delica
  • Wit: Mayo Blusher, Jarrahdale, Lumina, Plat Wit Boer
  • Met knobbels: Brodée Galeux dÉysines, alle Hubbard-types, Queensland Blue

Meer dan 40 centimeter doorsnee:

  • Oranje: Atlantic giant, Big Max, Hundredweight, Prizewinner, Pro gold 510
  • Groen: Hopi Black Green

 

Langwerpig, alle maten:

  • Banana Blue, Banana Pink Jumbo, Barbara, Bush Delicata, Sweet Potato, Early Butternut, Georgia Candy Roaster

 

Met extreem draadachtig vruchtvlees:

  • Spaghetti

 

Grond

Pompoen kan op veel grondsoorten geteeld worden, mits ze maar zeer vruchtbaar zijn en een goede waterafvoer hebben.

 

Zaaien

Het zaaien gebeurt best in een speciale stek- en zaaigrond, of ook in een goed uitgerijpte en gezeefde compostgrond. Je kunt grote hoeveelheden in een zaaibakje zaaien of twee zaden in een pot. Om de zaaidiepte te weten gebruik je een trucje: het zaad moet even diep zitten als de dikte van het zaad. Geef de zaaisel water, maar niet te veel want pompoenzaad rot gemakkelijk. De zaden kiemen bij een temperatuur van ongeveer 25 graden, met wat geluk binnen een week. Rechtstreeks buiten zaaien kan ook, maar dan na 15 mei, wanneer er geen kans op vorst meer is. Verspeen de planten wanneer ze hun eerste echte blaadjes krijgen.  

 

Planten

Gekiemde jonge pompoenplanten in pot hebben een goed bemeste potgrond of compost nodig. Het is aan te raden de jonge planten in pot af te harden (dit wil zeggen: laten wennen aan de buitentemperatuur, maar ’s nachts weer binnenzetten of afdekken).
Zet je plantje vanaf half mei in een met compost gevulde put en zet er een klimtoren of iets dergelijks naast, waarlangs hij kan klimmen. Je kunt de plant ook laten kruipen, maar dan heeft hij heel veel ruimte nodig. Reken op 1  plant per vierkante meter.
Pompen hebben het liefst 6 uur zon per dag, of meer als het kan.

Dunnen

Wil je reuzenpompoenen kweken? Kies dan een ras met vruchten met een diameter groter dan 40 centimeter en laat per plant slechts 1 vrucht groeien. Zo steekt de plant alle energie in deze ene vrucht.

 

Bestuiving

De pompoenplant vormt mannelijk en vrouwelijk bloemen, de vrouwelijk zijn goed te herkennen aan het vruchtbeginsel: de steel tussen de plant en de bloem is verdikt. De mannelijke bloemen zijn langer, de steel is dun en er zit stuifmeel. De meeste courgettes hebben bevruchting nodig, haal de mannelijke bloemen niet weg voor ze hun werk gedaan hebben. Na bevruchting zal de pompoen snel groeien.
Als we zeker willen zijn dat je volgend jaar ook goede, zuiver raspompoenen hebt dien je de bevruchting bij de pompoen zelf uit te voeren. Dek alle bloemen af met een luchtdoorlatend gaasje. Zo kunnen de bijen erniet meer bij en kan er geen vreemd stuifmeel op de bloemen terechtkomen. Bevrucht een aantal bloemen, met de hulp van een penseel.

 

Voeden

Spit mest (verteerde stalmest, gedroogde koemest of iets dergelijks) door de grond voor het planten en geeft regelmatig voeding met een relatief hoog kaliumgehalte. Pompoenen doen het uitzonderlijk goed als je ze op de composthoop plant!
Geef niet te veel water, dan zal de plant meer blad dan bloemen geven. 

 

Ziekten en plagen

Door een slechte bevruchting zullen de pompoenen niet of misvormd gaan groeien. Vaak begint de vrucht dan ook nog te rotten. De bevruchting vindt plaats door insecten in de ochtend. Als er door slecht weer geen hommels en andere bestuivers op pad zijn zal geen bevruchting plaatsvinden. Haal aangetaste vruchten weg om verspreiding te voorkomen. Het komt ook voor dat de uitgebloeide bloemen blijven hangen aan de vrucht, en dat deze bij vochtig weer gaan rotten. Haal deze onmiddelijk weg, en bij twijfel de hele vrucht. 
Pompoenen zijn gevoelig voor met name meeldauw en andere schimmels. Tegen het einde van het seizoen als de temperatuur daalt en de vochtigheid toeneemt zal de plant vrijwel zeker last krijgen van deze ziektes. Verspreiding is te vertragen door aangetaste bladeren op tijd weg te knippen. Uiteindelijk zal de plant echter ten onder gaan, maar meestal is dan de eerste nachtvorst niet meer ver en dat overleven ze sowieso niet.

 

Beschermen

Courgetteplanten hebben in koude nachten bescherming nodig. Gebruik hiervoor tuinfleece.

 

Oogsten

Als je de pompoen een tijdje wil bewaren dan is de pompoen voldoende afgerijpt als de steel verkurkt is of op zijn minst enkele bruine barsten vertoont. Een mooie gladde, groene steel wijst erop dat de pompoen nog moet uitgroeien. Wanneer hij rijp is klinkt de vrucht hol.
Eigenlijk is de pompoen een echte wintergroente omdat men deze lang kan bewaren, vorstvrij wel te verstaan.