Planten verpotten

 

Planten die lang in bakken staan, barsten soms letterlijk uit hun pot. De wortelkluit wordt dan zo groot dat er in de pot bijna geen aarde meer over is.

Het vroege voorjaar is een prima tijd om potplanten die het hele jaar buitenstaan te verpotten. Dat doe je zo:

  • Gebruik altijd potgrond en geen tuinaarde. Potgrond is relatief licht van gewicht en er zit voeding in. Pas na zo'n zes weken is het nodig om de plant bij de mesten.
  • Leg onder in de nieuwe pot over het drainagegat wat potscherven, zo kan regen- en gietwater altijd weglopen. Stort hierop een laagje nieuwe potgrond.
  • Tik de plant uit de pot. Als de kluit niet wil loslaten, kun je hem met een keukenmes lossnijden.
  • Om te voorkomen dat de plant een steeds grotere maat pot nodig heeft, knip je een stuk van de wortels af. Dit kan met een snoeischaar, maar ook met een scherp mes. Snijd rondom en van de bodem circa vijf centimeter van de kluit af.
  • Zet de gekortwiekte wortelkluit in de pot en vul de zijkanten aan met aarde. Zorg dat de aarde niet helemaal tot aan de rand komt. Dat is gemakkelijker bij het watergeven.
  • Geef de plant flink water zodat de wortelkluit goed nat wordt.
  • Snoei de plant licht terug om de kroon weer in evenwicht te brengen met de kleinere wortelkluit.

 

 

Nog wat tips:

  • Handig zijn de gecoate voedingstabletten die je in de aarde kunt stoppen. De voeding wordt langzaam aan de plant afgegeven, zodat je het hele seizoen niet meer hoeft bij te mesten.
  • Terracotta is poreus en droogt snel uit. Zet daarom een nieuwe pot eerst een tijdje in een emmer water, zodat het steen goed water opneemt. Planten die niet van te veel vocht houden, zoals pelargoniums, staan het liefst in terracotta. Planten zoals fuchsia's, die best van een slokje houden, kunnen beter eerst in een plastic pot worden gezet voordat ze in een sierpot gaan.