Drogen

 

Drogen is een oude maar nog steeds waardevolle bewaarmethode, die ook in de moderne voedinsindustrie veelvuldig wordt toegepast. Denk even aan de pakjessoep, oploskoffie, gedroogde vruchten, deegwaren, graanvlokken, kruiden, thee, droge bonen en erwten, en nog veel en veel meer.
Drogen kan zorgen voor een nieuw aroma. Door het drogen worden smaak en aroma geconcentreerd, vooral de zoetsmaak. Gedroogde vruchten hebben hun eigen specifieke smaak.

 

Kruiden drogen

Het lekkerst en werkzaamst zijn natuurlijk kruiden die je vers verwerkt. Echter, in de winter willen we ze ook gebruiken en dan zijn veel kruiden niet vers voorhanden. Je kunt ze daarom ook drogen of invriezen.

  • Bladeren en bloemen
    Pluk bladeren op een droge dag. Wil je jonge bladeren (van bijvoorbeeld brandnetels) dan kun je die het best in het voorjaar plukken, als de plant nog vol energie is of in de nazomer, wanneer hij een tweede groeispurt heeft. Pluk bij het verzamelen van bladeren en stengels vlak voor de plant in bloei komt. Bladeren waarvan het aroma van belang is kun je het best rond het middaguur plukken, dan bevatten ze de meeste olie. Hang ze in losse bundels te drogen op een warme, droge plaats met voldoende luchtcirculatie. Bladeren voor kompressen, zoals smeerwortel en weegbree, kunnen vers geplukt worden als ze nodig zijn, op ieder tijdstip en onder alle weersomstandigheden.  Pluk bloemen 's ochtends, wanneer de dauw van de bloemen weg is maar de planten nog niet zijn uitgedroogd door de zon. Hang ze in losse bundels te drogen of leg ze op een doek of blanco papier. Gebruik geen bedrukt papier, de inkt kan het kruid aantasten. Bloemen zijn teer, vermijd daarom direct zonlicht en te warme plaatsen.
  • Zaden:
    Pluk zaden in de late namiddag of vroege avond, wanneer de plant zo droog mogelijk is. Pluk de hele stengel en bindt een papieren zak over de zaadlobben en hang de plant ondersteboven tot hij helemaal droog is. De zaden kunnen dan gemakkelijk worden losgeschud en onderin de zak worden verzameld. Bewaar zaden altijd in een papieren zakje of envelop.
  • Wortels
    Wortels zijn het sterkst in het najaar want ze bevatten dan de wintervoorraad van de plant. De wortels van sommige overblijvende planten kunnen worden geoogst terwijl de plant wordt gedeeld, terwijl planten met een penwortel opnieuw moeten worden gezaaid. Graaf om te oogsten voorzichtig de hele wortel uit en schud de losse aarde eraf. Was de wortel voorzichtig onder koud stromend water en sla ze eventueel droog. Droog hem op een goed geventileerde warme plaats. Draai de wortel elke dag om. Verwijder, als hij helemaal droog is, alle restjes aarde met een kwast. Schil de wortel niet, omdat daarbij belangrijke stoffen verloren gaan. Snijd om dezelfde reden de wortel pas vlak voor het gebruik.

 

Vruchten drogen

De grote hoeveelheden fruit die je in de zomer en herfst oogst, kunnen nooit allemaal in één keer geconsumeerd worden. Vele soorten fruit kun je drogen. Hieronder volgt een voorbeeld voor appels en peren, maar je kunt dit gemakkelijk aanpassen en zo bijvoorbeeld onpitte kersen, pruimen, vijgen, cranberries of druiven.

 

Schil de vruchten en ontdoe ze met een appelboor van hun klokhuis. Snijd de vruchten in dunne ringen. Rijg de ringen aan dunne bamboestukjes en legt die op een braadslede die je in de oven schuift. Gasovens zijn hiervoor minder geschikt! De oven op de laagste stand zetten en de deur een eindje open laten staan zodat een warme stroom ontstaat. Het fruit in circa 6 uur laten drogen. Daarna moet het nog circa 6 uur liggen. Controleer of het droog genoeg is. Wanneer er geen sap meer uitkomt en de vruchtenringen leerachtig aanvoelen, dan is het voldoende gedroogd. Je kunt ze het beste bewaren in donkere potten of bussen. Wanneer je gedroogd fruit wilt bereiden, laat je het een nacht weken in koud water en op een laag vuur in het weekwater gaar worden (niet koken). Je kunt de gedroogde vruchten natuurlijk ook zo oppeuzelen, bij wijze van snack.

Groenten drogen

  • Tomaten: Ontvel de tomaten, halveer en ontpit ze. Besprenkel een bakplaat met olijfolie en strooi daar peper, tijm, rozemarijn, laurier en knoflook over. Leg de tomaten op de bakplaat met de bolle kant naar boven. Bestrooi ze met peper, tijm, knoflook. laurier en rozemarijn. Sprenkel de olijfolie er over en laat ze ongeveer 7 uur drogen in een oven van 90 graden, zo mogelijk ovendeur op een kleine kier. De gedroogde tomaten in goed schoongemaakte, met heet water omgespoelde potten doen en bedekken met olijfolie. Korter drogen kan ook, ze zijn dan nog niet echt gedroogd maar hebben na 4 uur toch al een geconcentreerde tomatensmaak, ze kunnen dan echter niet lang worden bewaard.
  • Peulvruchten: De zaden van vrijwel alle peulvruchten kun je drogen. Denk aan erwten, allerlei soorten bonen, kapucijners etc. Het gaat heel simpel. Laat de peulen zo lang mogelijk aan de plant zitten, liefst tot ze bruin en hard zijn. Haal de zaden eruit, spreid ze uit over een plat oppervlak in de zon of in een droge ruimte en laat ze drogen. Eenmaal gedroogd zijn ze tientallen jaren houdbaar.